Zin in honing? Houd wel rekening met wilde bijen.
Artikel in de Trouw van dinsdag 5 maart 2024
De tekst belicht diverse aspecten van honingproductie, met een focus op duurzaamheid en de impact op wilde bijenpopulaties. Er wordt benadrukt dat honingbijen, gehouden door imkers, concurreren met wilde bijen om voedsel, wat de biodiversiteit kan schaden. Hoewel de imkerverenigingen dit risico minimaliseren en pleiten voor meer onderzoek en maatregelen, waarschuwt EIS kenniscentrum insecten voor de gevolgen van grootschalige bijenteelt. Alternatieven voor honing worden genoemd, zoals agavesiroop, maar ook wordt gewaarschuwd voor niet-Europese honing dat vaak nep-honing is, gemaakt van suiker siroop.
Jaap Molenaar, directeur van de Bijenstichting adviseert om uit te kijken naar een lokale hobby-imker. “Die verkoopt vaak honing. Dat die een paar kasten heeft in het park aan de rand van het dorp kan geen kwaad. Heel veel imkers zijn zeer betrokken bij de natuur. In Nederland zijn negenduizend imkers en de meesten daarvan hebben maar een paar kasten. Wie in de winkel wil kopen, kan kijken naar een betrouwbaar Nederlands merk.”
Hij staat in de tuin van de Bijenstichting. “Hier geven wij voorlichting over honingbijen en wilde bijen. Er staan twee kasten op 6000 vierkante meter. De honingbijen en wilde bijen leven hier naast elkaar en er is genoeg voedsel. Het wordt een ander verhaal als je begint met grootschalige bijenhouderij of als veel hobby-imkers hun kasten bij elkaar zetten. Dat gebeurt hier en daar en dan wordt de concurrentie met wilde bijen te heftig. Dat gevaar is vooral op de hei heel groot. Ik eet honing, vooral om de pijn te verzachten als ik last heb van de keel, maar heidehoning koop ik niet.”
Lees hier het oorspronkelijke artikel (alleen voor abonnees)