Grote Zijdebij
De Grote Zijdebij (Colletes cunicularius) is een van de negen soorten zijdebijen die in Nederland voorkomen. Ze hebben hun Nederlandse benaming te danken aan het feit dat ze hun broedcellen bekleden met een polyester weefsel uit hun kaakklier, dat lijkt op zijde.
Van de negen Nederlandse soorten is de Grote Zijdebij de vroegst vliegende soort. Het is een vrij forse bij, de mannetjes zijn zo'n 11-15 mm groot. Het is een wollig behaarde bij met een wat donker achterlijf zonder duidelijke bandjes of strepen. In Nederland kun je haar vinden op opgespoten terreinen, in mergelgroeven, zandafgravingen, duingebieden, stuifzand- en ook in stedelijke gebieden.
Deze bij vliegt van maart tot mei, met een piek in april., Mannetjes patrouilleren dan massaal over de nestplaatsen waar vrouwtjes uit de grond komen kruipen. Het vrouwtje paart één keer. Soms worden verse vrouwtjes zelfs door de mannetjes tegemoet gegraven.
De Grote Zijdebij graaft haar nest in zanderige grond, vaak in grote groepen. Er zijn soms wel 30 nesten te vinden op een vierkante meter grond. Het nest bestaat uit een hoofdgang met enkele zijgangetjes en deze eindigen in (maximaal zes) broedcellen die afgedekt worden met een flinterdun en waterdicht, zijdeachtig laagje, dat de vrouwtjes maken met behulp van hun kaakklieren en de zogenaamde Dufour klier in hun achterlijf.
De eitjes doen er een week of vijf over om uit te komen. De uitgekomen larven voeden zich met een vrij vloeibaar mengsel van nectar en stuifmeel. Ze overwinteren als imago, dat is als volledig ontwikkelde gevleugelde bij, minder vaak als prepop (rustlarve).
De Grote Zijdebij maakt haar nest in rul en los zand in de grond, met een voorkeur voor duinen, zandafgravingen en zandwegen. Deze bij heeft open grond nodig. Je kunt deze bij helpen door open plekken in de vegetatie aan te bieden.
Voedsel
De Grote Zijdebij is een polylectische soort, je kunt haar op veel verschillende planten vinden, maar wilg is duidelijk favoriet. Verder zijn vrouwtjes ook gezien op paardenbloem. Het nest ligt soms ver weg van het foerageergebied, dat is de plek waar de bij haar voedsel zoekt.
Bijen-weetje:
Als je een Grote Zijdebij beetpakt, verspreiden ze een typische, citroenachtige geur. Waarom ze dat doen en wat dit precies voor functie heeft, is nog onduidelijk.
Wil je elke maand een gratis bijenportret in je mailbox? Meld je dan hier aan.