
Stop nep‑stuifmeel, zaai echte bloemen
Hebben we écht het absurde punt bereikt waarop we “power‑pollen” uit het lab brengen, omdat we bijen kapotspuiten? Dat is precies wat het Vlaamse Apix Biosciences – samen met gerenommeerde universiteiten nota bene – deze week triomfantelijk aankondigde: een kunstmatig dieet dat het stuifmeel van duizenden plantensoorten moet vervangen.
Laat dat even doordringen. In plaats van onze velden, bermen en parken weer vol leven te zaaien, investeren we miljoenen in poeder uit een potje. “Innovatie met grote impact”, juichen de persberichten. Natuurlijk: impact op de omzet van biotech‑firma’s. Maar de bijen? Die hebben vooral behoefte aan divers, vers stuifmeel – boordevol micro‑nutriënten en bio‑actieve stoffen die een chemicus niet even nabouwt – en aan een landschap zonder vergif.
De harde cijfers tonen hoe diep het probleem zit. In Nederland stierf afgelopen winter ruim 21 % van alle honingbijenvolken – opnieuw één op de vijf kolonies weg! Elders zijn de verliezen nog schrijnender: Noord‑Amerikaanse imkers verloren gemiddeld 62 % van hun volken tussen juni 2024 en februari 2025. Oorzaak nummer één? Een cocktail van pesticiden, monoculturen en klimaatstress die het natuurlijke voedselaanbod wegvaagt en bijen verzwakt.
En wat doet de politiek? Eerst belooft Brussel om tegen 2030 het pesticidengebruik te halveren, maar onder druk van de agrochemische lobby werd het voorstel in februari 2024 vakkundig afgezwakt en uiteindelijk ingetrokken. Resultaat: dezelfde middelen die onze bijen verzwakken mogen vrolijk blijven neerdwarrelen, terwijl we tegelijk applaudisseren voor een kunst‑snack die de symptomen maskeert. Dat is alsof je een longpatiënt een zuurstoffles geeft en daarna doodleuk blijft roken in zijn woonkamer.
Er zijn alternatieven – en ze zijn verbluffend eenvoudig. Projecten als PollinERA laten zien dat het terugdringen van pesticiden, het aanleggen van bloemrijke akkerranden en het herstellen van wilde habitats wél werkt om bestuivers te redden. Elke vierkante meter ingezaaide inheemse wilde bloemen levert méér en vollediger voeding dan welk synthetisch poedertje ook. En het kost een fractie, terwijl het tegelijk bodem, water en landschap herstelt.
Laten we dus ophouden met deze omgekeerde wereld. Geen high‑tech surrogaat, maar politieke moed:
- Verbied de meest bij‑giftige bestrijdingsmiddelen nú.
- Betaal boeren voor biodiversiteit – niet voor kilo’s gif.
- Zaai en plant massaal GIFVRIJE (Inheemse) bloemen en drachtplanten in stad én platteland.
Pas als de lucht boven onze akkers weer geurt naar klaver, korenbloem en wilgenkatjes, hebben we recht van spreken dat we de bij gered hebben. Tot die tijd is “stuifmeel uit een potje” niet meer dan pleisters plakken op een open, bloedende wond.